maandag 5 september 2022

 

Meerlagig pleidooi voor aandacht en begrip voor elke leerling … en mens

 

Gerwin van der Werf recenseert voor Trouw en is de auteur van verschillende romans die de longlist van de Libris Literatuur Prijs haalden of de shortlist van het Beste Boek voor Jongeren. Hij is ook leraar op een internationale school. Die ervaring als leraar schemert door in het net verschenen De Droomfabriek, uitgegeven bij Atlas Contact.

Josie is een 32-jarige vrouw die zonder enige ervaring voor de klas komt te staan in een achterstandsbuurt. Chaos heerst in de klassen, leermoeheid is er de norm. Na haar oorspronkelijke afschuw raken verschillende leerlingen toch een snaar bij haar. Vooral de dwarse Carmen uit 3A intrigeert haar. Als Carmen bijles wiskunde wil, maar wel bij Josie thuis, ontstaat een vreemde vriendschap tussen twee mensen die beide eenzaam zijn en steun zoeken bij elkaar.

Dit boek biedt zoveel meer dan een clichématig rechttoe rechtaan verhaal over een onwaarschijnlijke vriendschap tussen twee mensen uit een verschillend socio-economisch milieu. De auteur biedt de lezer oorspronkelijk amusement met zijn spitsvondige scherpe humor. ‘Heb je verder iets nodig? Pennen? Whiteboardmarker? Traangas? Vlammenwerper?’  Een les wordt omschreven als ‘een in tijd en ruimte strak afgebakend stukje hel.’  

Maar daarna wordt het boek serieuzer. Regelmatig pleit Van der Werf voor een beter vangnet voor kwetsbare leerlingen in het onderwijs en de humor wordt wranger en cynischer. Maar het boek is niet alleen een aanklacht tegen de fouten binnen het onderwijs. Het is ook een psychologisch boek waarin de lezer probeert vat te krijgen op de bagage die Josie met zich meesleept. Ze woont in het huis van haar overleden grootvader, waar ze niets aan de inrichting durft te veranderen. Als dochter van twee hoogbegaafde, succesvolle ouders die zelden tijd hebben voor hun ‘middelmatige’ dochter probeert ze wanhopig zelfvertrouwen te halen uit de weinige herinneringen die haar wel steun bieden. De droomfabriek is ook een moreel boek waarin niemand enkel is wie hij oorspronkelijk lijkt. De cynische, discriminerende leerkracht blijkt ook een gepassioneerd mens die wanhopig blijft dromen van een betere aanpak van kwetsbare leerlingen, maar daar eigenlijk niet meer in gelooft. Ook de andere bijfiguren blijken niet altijd eenduidig goed of slecht te zijn. Regelmatig moet de lezer zijn idee omgooien of nuanceren. Van der Werf laat zijn lezer werken als die probeert een totaalbeeld van Josie en Carmen te krijgen. Zijn twee hoofdpersonages zijn absoluut niet eenduidig in een hokje te plaatsen. De eenzame Josie die zo graag nodig wil zijn voor iemand en de wilde, jonge Carmen die geen grenzen kent: Wie controleert nu eigenlijk wie? Wanneer gaat iets te ver en wie bepaalt dat dan? Is iets een fout als het uit liefde gebeurt?

De dialogen in het boek zijn zeer realistisch en geloofwaardig. Ze scheppen in een oogwenk de chaos van een klaslokaal of de totale eenzaamheid als twee mensen langs elkaar heen praten.

‘Zeg dat het goed met je gaat. Zeg dat even.’

En als het niet goed gaat? Wat ga je dan doen mam? Kom je dan helemaal uit Amerika met je superkrachten om me te redden?

‘Het gaat goed.’

‘Ik hou van je. ‘

‘Ja.’

‘Hoor je dat?’

‘Ja, ik hoor het.’

De droomfabriek biedt geen pasklare antwoorden. Wel is het een pleidooi voor meer begrip, meer inlevingsvermogen, meer tijd om echt naar elkaar te kijken en te luisteren, en minder te oordelen. Het boek slaagt erin om die boodschap overtuigend te brengen zonder melig te worden. Dat maakt het een knappe en waardevolle leeservaring.

Met dank aan Uitgeverij Atlas Contact en De Club van Echte Lezers voor het recensie-exemplaar.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten